Herinneringen uit de 60-er jaren bij Wetterwille.
Op 14 september 2019, de feestdag ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van Wetterwille, halen we met Dirk Coster en zes andere oud leden herinneringen op. Ze kennen elkaar allemaal en roeiden in de 60er jaren tijdens hun middelbare schooltijd bij Wetterwille. Een aantal van hen woonde zowat in het clubhuis. Enkele oud-leden hadden foto’s en plakboeken meegenomen om deze aan elkaar en aan anderen te tonen.
Onze huidige voorzitter Els Tempelmann en ons lid Herman Rouwé komen er ook bij zitten. Julie-Anne Arendsen Hein is gevraagd en bereid gevonden om tijdens deze bijeenkomst te notuleren.
In de jaren 1950/1960 was de entreeleeftijd voor het jeugdlidmaatschap van Wetterwille 14 jaar. Deze leeftijdsgrens hield verband met onder andere het gewicht van de dubbele wherry’s ‘Grouwster’ en ‘Kathinga’ en de maasvier ‘Leppelgoes’, waarin de basisinstructie toen werd gegeven. Door deze leeftijdsgrens was het moeilijk om nieuwe jeugdleden te werven, omdat veel jongelui al op een jongere leeftijd hadden gekozen voor andere sporten zoals tennis, hockey etc.
In de 60er jaren werd veel gedaan om jeugdleden te werven en weg te lokken van de hockeyclub.
Met goedkeuring van het bestuur werd er toen ook een jeugdbestuur gevormd, dat mee mocht denken over het beleid en meedoen bij uitvoering bij Wetterwille. Theo Bloemsma was de eerste voorzitter. Dat heet nu: Participatie!
Een groep jeugdigen elders uit het land, die in die jaren toetraden tot onze roeivereniging, waren middelbare schoolleerlingen die intern verbleven bij het huiswerkinstituut ‘Bronsgeest’. In feite waren dat de voorlopers van de latere groep studenten onder de Wetterwille vlag.
De namen Klaas en Magda van Dijk (de toenmalige voorzitter en diens echtgenote) en Lou en Mart Wiek (Lou was Commissaris Materiaal in het bestuur van Wetterwille) worden genoemd als centrale figuren binnen de vereniging, die toen ca. 95-115 leden telde. De ‘jeugdleden van toen’ herinneren zich nog de mooie feesten en ‘sokkenbals’ welke in de loods werden gehouden.
Volgens de familieoverlevering maakte Dirk Coster zijn eerste roeitocht met zijn vader en moeder in een dubbele wherry, waarbij hij liggend in de reiswieg op de stuurstoel zat. Zijn vader Jan Coster begon zelf met roeien als 15 jarige bij het Spaarne in Haarlem. Later ontmoette hij Dirks moeder bij R.V. Cornelis Tromp te Hilversum. Direct na hun huwelijk kwamen ze begin 1943 naar Leeuwarden, waar Jan een aanstelling als schoolarts had gekregen. Vanzelfsprekend gingen zij in Leeuwarden weer roeien en later ook hun kinderen. Jan Coster had als arts veel belangstelling voor de achtergronden van de techniek van de roeibeweging en schreef daarover al voor de oorlog artikelen in het blad ‘Roeien’ van de N.R.B. (later: K.N.R.B.). Er bestonden toen heel veel verschillende ideeën over de meest effectieve roeistijl.
In de oorlog schreef Jan Coster een verdienstelijk boekje met als titel ‘Roeistijl’. Dat boekje is toen door hem uitgegeven en is bij veel verenigingen een belangrijke leidraad geworden voor het ontwikkelen van een ‘eenheid in roeistijl’ en de instructie daarvan aan de nieuwe generatie(s).
Herman Rouwé kent dat boekje nog wel en is in het bezit van een exemplaar van de 1e druk daarvan. Later heeft Wetterwille een tweede druk uitgebracht en werd het ‘verplichte kost’ voor een ieder die instructie wilde geven e/o hogere roeibevoegdheden wilde behalen. Jarenlang heeft Jan Coster bij Wetterwille op winterse zaterdagmiddagen de zogenoemde “Instructiecursus’ gegeven.
Wetterwille was sinds de oprichting van de vereniging gevestigd in de Leeuwarder jachthaven. In 1959 werd een nieuw clubhuis, met kleedkamers en een sociëteitsruimte gebouwd. De bouwmeester was ons lid Bas Deibel.
Evenals in de oude situatie bleven de douches alleen koud water leveren. Dat zinde de jongere garde niet. Op de achterkant van een poster schreven ze de volgende tekst: “Wie weet wat Wetterwille wil? Wetterwille wil warm wetter. Weet waarom!” De volgende week was onder die tekst geschreven: “Wij weten wel wat wij willen, wij willen een nieuwe Wants” (een verbastering van de naam van de oudste van de twee overnaadse vieren, die ‘Hoants’ heette). Tja, andere prioriteiten! De genoemde poster zit nog steeds in het Wetterwille-archief.
Toch kwam er door de bezielende inzet van ons lid Tonco van Dijk warm water. Middels met Butagas gestookte geisers werd het water verwarmd en via een muntautomaat werd voor één dubbeltje (in het guldentijdperk!) vijf minuten warm douchewater geleverd. Heerlijk!
Dirk Coster werd (met dispensatie) al vóór zijn 14e jaar (met 13,5 jaar) lid van Wetterwille. Hij schopte het in 1960 tot Nederlands jeugdkampioen in de categorie overnaadse skiff, jongens14-16 jaar. Dit was tevens het eerst nationale kampioenschap dat door een lid van Wetterwille werd behaald. Dirk roeide toen in de skiff ‘Stirn’, de boot die lang aan het plafond van onze sociëteit aan de Avondsterweg heeft gehangen.
Anderen vertellen dat Dirk enkele malen een oarsriem heeft kapotgetrokken, o.a. bij onderlinge wedstrijden. Dat wordt door Dirk bevestigd, maar hij wijst op een belangrijke oorzaak daarvan, n.l. dat in die tijd de kraag van de riemen werd gevormd door een lange/smalle reep leder welke rond de riem werden gedraaid en met koperen spijkers op de riem werd vastgespijkerd. Door dat spijkeren in de riem en de inwerking van water op die plaats werd de riem aanmerkelijk verzwakt. Later kwamen de verstelbare kragen in gebruik, waardoor er geen verzwakking meer was door spijkergaatjes in de riem en tevens kon het ‘verzet’ daardoor gemakkelijk worden aangepast.
Ineke van der Sluis, lid van Wetterwille van 1962 tot 1969, zat als vierjarige al op de stuurplek als haar vader Lutzen met Thijs van der Ven of met anderen ging roeien. Voor vrouwen en meisjes was wedstrijd (snel-)roeien toen nog geen erkende mogelijkheid, dus deden zij mee aan wedstrijden in het zogenoemde ‘dames-stijl roeien’.
Rond hun 15e jaar trainden een groepje meiden waaronder Ineke van der Sluis, onder leiding van Elzeline van Riessen op de Emmakade in de overnaadse vier met stuurman. Elzeline riep dan vaak: ”Ogen in de boot”, om de concentratie er in te houden. Ze roeiden verschillende wedstrijden en brachten veel tijd met elkaar door op Wetterwille . Eerst stuurde Marijke Coster, later Ineke van der Sluis. Andere namen die worden genoemd zijn: Marion Haije, Ans Wiek, Renske Niklewitsz, Marlies Kortenoever en Rinneke Smedema. Enkelen van hen zijn aanwezig en vertellen met glimmende ogen over hun Wetterwilleverleden.
Er was in 1965 ook een jongens wedstrijdvier, gecoacht door Lou Wiek. Deze ploeg bestond uit Eric Klomp, Simon Broekhuizen, Bart Statema, Jaap Haije en Ale van der Hoek. Ze leerden om de boot boven hun hoofd te tillen. Dat zag er immers imposant uit. De Wetterwille jongens hebben ook op de Bosbaan in Amsterdam geroeid en werden wel tweede! In Deventer deden ze ook mee aan een wedstrijd, waar ze met de boot half vol water over de finish kwamen.
Toertochten zijn bij Wetterwille altijd belangrijk geweest, zowel voor de jeugd als voor de volwassenen. Zo was er bijvoorbeeld de zomer roeikampweek van 1964 in de Biesbosch, met boten geleend van R.V. Nautilus uit Rotterdam. Dit was geregeld door ons lid Wiebe Bleeksma, oud lid van Nautilus. Wiebe had daar ook geleerd hoe om te gaan bij het roeien op stromend water. Roeien over de Noord, toen het drukste vaarwater van Nederland met tankers en veel golfslag, vereist goede kennis en grote oplettendheid. Ook het roeien in de Biesbosch, waar toen nog sprake was van eb en vloed, was voor ons een aparte ervaring. Aan de hand van ‘getijdetafels’ wist Wiebe waar en wanneer we ons konden laten ‘droogvallen’ op de zandbanken. Een van de deelnemers gaf als definitie van de Biesbosch: “Water, Blubber en Vliegen”. Enige vrouwelijke deelnemers vroegen zich tijdens een wandeling af: “En als die koeien hierheen komen …. ?”. En Renske vroeg: ”Als de doperwtjes op zijn, gaan we dan met vla gooien?” Al met al een bijzondere en heerlijke vakantie roeiweek.
Tijdens een tocht nabij Terhorne werd vastgesteld dat Dirk Coster bij de ca. 20 jaar oudere Elzeline van Riessen in de tent moest slapen. Erg ongemakkelijk vond hij dat. Ook werd eens geroeid naar en rond Giethoorn. Daar werden de meisjes flink gepest. Ze kregen een levende paling in hun slaapzak. De foto's ervan komen op tafel. Elzeline wordt gemist!
Een bijzondere vakantie was een roeiweek naar Eernewoude in kampeerboerderij ‘Simmerwille’. Deze tocht werd samen met R.V. De Hunze uit Groningen in 1959 georganiseerd.
Met Herman en Dirk is het goed herinneringen ophalen.
Op de Olympische spelen in Tokyo in 1964 werd Herman samen met Eric Hartsuiker derde in de twee met stuurman. Een bijzondere prestatie!
Ooit roeiden ze tegen elkaar: Herman was toen lid van de studentenvereniging Triton in Utrecht en Dirk van R.V. De Amstel in Amsterdam. Op de Nederlandse kampioenschappen 1968 roeiden zij beiden het nummer Vier met stuurman, Herman in een volledige Tritonploeg, die won en naar de O.S. in Mexicio werd uitgezonden, en Dirk in een Amstel/Sköll -combinatieploeg die tweede werd. Daarbij lieten zij een aantal potentiële winnaars ruim achter zich.
De oud leden zijn verheugd om elkaar weer te zien en blij verrast dat Wetterwille anno 2019 zo vol leven is. Wat zullen de oud leden in 2069 (Jubileum 150 jaar Wetterwille) voor herinneringen gaan ophalen…..?
Aanwezige oud-leden: Annette Mantel, Ineke van der Sluis, Ans Wiek, Iet Steensma, Dirk Coster.
Julie-Anne Arendsen Hein
Dirk Coster
Avondsterweg 13
8938 AK Leeuwarden
Bank: NL88 INGB 0000 8502 90
Voor algemene informatie: taairaterces.[antispam].@lrvwetterwille.nl
Voor content voor de website: eitcaderbew.[antispam].@lrvwetterwille.nl